Interpellatie: Is Genk een place to be?
Geachte burgemeester en schepenen,
Het Belang van Limburg publiceert deze maand de Gemeenterapporten zoals ze uitgedeeld worden in een onderzoek van U-Hasselt. In een cultuur waarin men al tevreden is met een 5 of 6 op 10 kan men fier gaan pronken met zijn 75,8 % maar als men kijkt naar de ranking komt Genk er eerder begaaid uit. Op een totaal van 41 Limburgse gemeenten kunnen we ons verheugen op de 37ste plaats. Het is vooral interessant om ons te vergelijken met de aangrenzende gemeenten. Zutendaal krijgt de eerste plaats , Oudsbergen de derde. Zonhoven ,Diepenbeek, Bilzen en As de plaatsen 10 tot 14, Hasselt plaats 19 . Dat wil zeggen dat onze buren scoren in de bovenste helft, wij bengelen onderaan de tweede helft en we kunnen ons er misschien mee troosten dat Houthalen-Helchteren en Maasmechelen het zelfs nog slechter doen dan wij.
Dit rapport brengt mij naadloos bij het boek dat u vorig jaar heeft gepresenteerd in onze bib, die, ere wie ere toekomt, een verdiende eerste plaats heeft gekregen in de bewuste enquête: ‘Uit Genk: Gaan wonen bij de buren.’ En ik ga onmiddellijk naar de conclusies die daar worden getrokken.
Ten eerste: er is geen stadsvlucht uit Genk en de uitdaging is niet dramatisch.
Nochtans zien we in het recente onderzoek dat ook vandaag nog de aantrekkelijkheid van Genk zo’n 7 % lager ligt dan het gemiddelde van onze buren. Vanaf wanneer zal u eigenlijk verontrust worden, burgemeester?
Ten tweede: heel belangrijk maar blijkbaar niet alarmerend: de achterliggende redenen hebben een structurele grondslag. Enerzijds is Genk te weinig stad, anderzijds te veel stad. De Genkenaar ondervindt niet de voordelen van een stad maar wel alle nadelen.
Dat mondt uiteindelijk uit in conflicten van de burger met het stadsbestuur, dat onverbiddelijk de kaart van de verstedelijking trekt. De burger mort wanneer hij ziet dat enerzijds het groen met hectaren tegelijk verdwijnt, dat anderzijds de leegstand alsmaar toeneemt en dat we grootstedelijke tarieven betalen om te parkeren. Een goednieuwsshow zal daar niet veel aan veranderen.
Ten derde: Minder stedelijkheid is geen optie maar de weg erheen is lang en zal sterk bepaald worden door de potenties die men uit de eigen dynamiek kan genereren en verzilveren.
Een conclusie van een door u bestelde studie. Ik noem dit volharden in de boosheid. Genk zal en moet verder volgebouwd worden en uw schepen van ruimtelijke ordening heeft hier in de gemeenteraad recent nog verklaard dat er in de nabije toekomst in Genk nog heel wat gekapt zal worden. Een artikel van het belang van 9 oktober leert ons dat Genk het in Limburg helemaal niet goed doet en dat Hasselt als centrumstad groener is.
Tegen deze achtergrond zou ik de volgende vragen willen stellen:
- Is het onderzoek dat zijn neerslag vindt in het boek ‘Uit Genk. Wonen bij de buren’ gesubsidieerd en zo ja, over welk bedrag gaat het?
- Hoeveel Genkenaren zijn er sinds 1 januari 2019 geboren en gestorven?
- Hoeveel gezinnen zijn uit Genk verhuisd sinds die tijd en hoeveel zijn hier komen wonen? Ligt deze verhuisbeweging in de lijn van de doelstelling ‘de middenklasse versterken’ ?
- Zijn de Genkenaren ooit geraadpleegd of ze in een stad willen wonen?
- Wat vindt u het belangrijkste, burgemeester: het welbevinden van uw inwoners of het realiseren van SDG’s? Want heel uw meerjarenplan is opgesteld in het kader van die doelstellingen.
Ik kijk met belangstelling uit naar uw antwoord.
Chantal Coppens
Raadslid voor N-VA Genk
Is het onderzoek dat zijn neerslag vindt in het boek ‘Uit Genk. Wonen bij de buren’ gesubsidieerd en zo ja, over welk bedrag gaat het?
Het onderzoek werd niet gesubsidieerd.
Er werd voor het onderzoek 189.652,00 euro vastgelegd. Finaal werd er aan het team onderzoekers een bedrag van 112.976,49 euro uitbetaald. Hiervoor kregen we o.a. een uitgebreide cijferanalyse, een reeks van 40 diepte-interviews met mensen die in de periode van vijf jaar voordien vertrokken zijn uit Genk en een rapport met de bevindingen uit de verschillende deeltrajecten.
Hoeveel Genkenaren zijn er sinds 1 januari 2019 geboren en gestorven?
De officiële publicatie van demografische gegevens gebeurt o.a. via het dataplatform www.genkincijfers.be. Daarin staan de gegevens voor 2019, zoals ook bevestigd door Statbel. Voor 2020 zijn er nog geen officiële gegevens, deze worden ten vroegste in het voorjaar van 2021 aangeleverd.
We geven hier de bevolkingsloop van 2019 (status 1 januari 2020) en de evolutie van de huishoudens van de laatste vijf jaar, volgens de zogenaamde lipro-indeling:
Loop van de bevolking 2019 (status 01.01.2020) | |
Aantal geboortes | 617 |
Aantal overlijdens | 630 |
Natuurlijk saldo | -13 |
Wat betreft de geboortes zien we in de voorlopige cijfers dat de dalende trend (die zich in heel Vlaanderen afspeelt) zich in 2020 verder zet. Het aantal overlijdens ligt iets hoger dan op hetzelfde moment in andere jaren. Daar is echter de verklaring te vinden bij de gevolgen van de Covid-19-pandemie.
Hoeveel gezinnen zijn uit Genk verhuisd sinds die tijd en hoeveel zijn hier komen wonen? Ligt deze verhuisbeweging in de lijn van de doelstelling ‘de middenklasse versterken’ ?
Groei huishoudens per Lipro type 01.01.2015 – 01.01.2020
LIPRO-indeling Groei t.o.v. voorgaande periode - Genk | ||||||
| 2015-2016 | 2016-2017 | 2017-2018 | 2018-2019 | 2019-2020 | 2015-2020 |
alleenwonend | 248 | 143 | 150 | 176 | 158 | 875 |
gehuwd paar met minstens 1 minderjarig (LIPRO) kind | -98 | -88 | -48 | -43 | 9 | -268 |
gehuwd paar met enkel meerderjarig(e) (LIPRO) kind(eren) | 40 | -49 | -71 | -58 | -50 | -188 |
gehuwd paar zonder kinderen | -39 | 65 | 94 | 79 | 46 | 245 |
ongehuwd samenwonend paar met minstens 1 minderjarig (LIPRO) kind | 52 | 38 | 2 | 50 | 15 | 157 |
ongehuwd samenwonend paar met enkel meerderjarig(e) (LIPRO) kind(eren) | 4 | 6 | 21 | 14 | 4 | 49 |
ongehuwd samenwonend paar zonder kinderen | 7 | 88 | 31 | 33 | 68 | 227 |
eenoudergezin met minstens 1 minderjarig (LIPRO) kind | 16 | 15 | -32 | -25 | 7 | -19 |
eenoudergezin met enkel meerderjarig(e) (LIPRO) kind(eren) | 26 | 8 | 44 | -35 | -12 | 31 |
Totaal | 256 | 226 | 191 | 191 | 245 | 1109 |
Eenheid | aantal (Absolute groei) | |||||
| Groei t.o.v. voorgaande periode | |||||
Bron | Rijksregister | provincies.incijfers.be | |||||
Gekleurde LIPRO-indeling in bijlage.
Gezinnen met minderjarige kinderen: bij de gehuwde gezinnen is er een daling van 268 over 5 jaar; maar wel met een positieve evolutie, waarbij het tekort kleiner wordt en in 2019-2020 zelfs positief wordt. Bij de ongehuwde gezinnen zien we een matige groei van 157 over 5 jaar. Er wordt algemeen minder gehuwd en meer wettelijk en feitelijk samengewoond. De daling bij de gehuwden is ook een verschuiving naar de ongehuwde gezinnen met kinderen.
Ongehuwd samenwonende koppels: in deze groep vinden we onder andere de doelgroep van de jonge startende koppels terug, maar ook mensen die na een relatiebreuk samenwonen maar niet meer trouwen. Deze groep groeit fors (+227 over 5 jaar).
Gezinnen met meerderjarige kinderen: Bij de gehuwde koppels zien we een tendens van -188. Dit zijn de oudere gezinnen, waarvan meer kinderen na de studies het huis uitstromen dan er bij komen. Deze gezinnen worden dan in de statistiek een gehuwd paar zonder kinderen. Deze groep stijgt dan weer sterk (+245). Genk verliest gezinnen met minderjarige kinderen, deels te wijten aan het feit dat er minder getrouwd wordt. Koppels (gehuwd of wettelijk samenwonen) stijgen sterk (samen +245 en +227) in aantal, en ook de alleenstaanden blijven toenemen. De gezinsverdunning zet zich verder in Genk. Positieve noot is dat de tendens van de gehuwde koppels met minstens één minderjarig kind wel stijgende is en in 2019-2020 voor het eerst licht positief is.
De positieve tendens van de gehuwde koppels met minstens 1 minderjarig kind wordt hopelijk in 2021 bevestigd.
Zijn de Genkenaren ooit geraadpleegd of ze in een stad willen wonen?
Vanuit de stad Genk is hieromtrent geen onderzoek gevoerd, maar uiteraard maken we in deze gebruik van gegevens uit de 3-jaarlijkse Stadsmonitor, dit onderzoek ‘Wonen bij de buren’ en de verschillende enquêtes die media en organisaties hierover organiseren.
Wat vindt u het belangrijkste, burgemeester: het welbevinden van uw inwoners of het realiseren van SDG’s? Want heel uw meerjarenplan is opgesteld in het kader van die doelstellingen.
Uiteraard staat het welbevinden van onze Genkenaren voorop, maar ik ben er zeker van dat het bereiken van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen daartoe zal bijdragen.
di 20/10/2020 - 16:45